Conclusie
Gewenste ontwikkeling visitatie(methodiek)
Voor corporaties wordt het verbinden van de systeemwereld met de leefwereld steeds belangrijker. Daarbij is samenwerking in het netwerk steeds meer noodzakelijk voor het oplossen van complexe vraagstukken. Samenwerken is mensenwerk, dus er moet aandacht zijn voor betrokkenheid. In ieder geval zal de lokale driehoek moeten worden uitgebreid. Corporaties merken steeds meer dat er in de uitvoeringspraktijk ruimte nodig is voor professionele autonomie om in te kunnen spelen op de complexe problemen in de leefwereld.
De vermaatschappelijking van visitatie mag worden doorgezet. Daarbij blijft ‘leren door verantwoorden’ een belangrijk motto. De maatschappelijke dialoog, het reflecteren en begrijpen, de betrokkenheid van belanghebbenden en partners en de interventies mogen versterkt worden, met daarbij de waarschuwing maat te houden.
Het goede maatschappelijke gesprek kan georganiseerd worden door een bredere selectie van belanghebbenden te betrekken. In het gesprek zelf moet geïnvesteerd worden in intensivering en verdieping. Daarbij kan de uitgangspositie van de gesprekspartners beter worden door voorbereiding, keuze van onderwerpen, de gelegenheid om een maatschappelijke reactie op het rapport te geven. Maar vooral: ‘echtheid’.
Het netwerk zou moeten worden meegenomen in de visitatie. In ieder geval het formele (woon)netwerk, maar ook opgavegerichte netwerken. Daarbij ligt de focus op de corporatie in het netwerk en op het netwerk zelf, en zowel het operationele als professionele functioneren daarvan.
Voor de visitatiemethodiek betekent dit alles dat er (onder andere, zeker niet uitsluitend) ruimte komt voor verschillende werkvormen, het integreren van dialoog- en netwerkbenadering, onderscheid tussen een basis- en plusvarianten, meer maatschappelijke waarde, participatief en action learning en aandacht voor de kwaliteit van de visitatiecommissie.
Deze beknopte samenvatting beoogt slechts een snelle indruk te geven van de bevindingen van de beide experimenten, maar doet uiteraard tekort aan alle rijkdom aan ervaringen, suggesties, ideeën en mogelijke nieuwe wegen. Daarvoor verwijzen we u graag naar het integrale evaluatierapport.
De kern is: verdere ontwikkeling van visitatie in de richting van ‘het goede maatschappelijk gesprek in het lokale netwerk’, met:
- meer aandacht voor reflecteren op en inzicht en begrip (ten opzichte van beoordelen) en
- meer aandacht voor het voeren van dialoog (ten opzichte van het verrichten van onderzoek)
- in een visitatie over onderwerpen die er lokaal toe doen en die mensen belangrijk vinden,
- door partijen die werkelijk betrokken zijn en de ‘echte’ samenleving goed kennen.
Randvoorwaarden voor een succesvolle netwerkvisitatie
1. goed betrekken en informeren van netwerkpartijen over karakter, aanpak en rollen (voor het verkrijgen van medewerking, tevens ter legitimatie van netwerkvisitatie);
2. een heldere opdracht- en vraagstelling, met goed zicht op object(en), subject(en) en werkwijzen van visitatie;
3. in elk geval de uitvoeringspraktijk onderzoeken en betrekken;
4. extra aandacht voor geheimhouding en vertrouwelijkheid gezien mogelijke gevoeligheden, op basis van vertrouwen tussen partijen;
5. een betrokken visitatiecommissie met bijzondere kwaliteiten op inhoud/kennis en vaardigheden (onafhankelijke gespreksvoering, objectivering observaties en oordeelsvorming);
6. aantrekkelijke werkvormen en interactieve dialogen over herkenbare zaken (casuïstiek), waar voor deelnemers te halen en te brengen is; en,
7. vooraf duidelijkheid over follow-up op visitatie om opbrengsten te borgen en verduurzamen.
Essentiele kenmerken van netwerkvisitatie
1. Visitatie van(uit) maatschappelijke waarde: Netwerkvisitatie gaat over maatschappelijke vraagstukken en waarde, over maatschappelijk presteren, en vervolgens over de gezamenlijkheid van partijen die dit (willen) realiseren.
2. Visitatie in partnerschap: Dat begint vanaf het allereerste begin van een visitatieproces, waarbij niet alleen de corporatie maar ook haar maatschappelijke partners goed worden geïnformeerd en voorbereid op wat gaat komen. Het partnerschap is vooral goed te zien in een rolwisseling gedurende de visitatie, van belanghebbende van de corporatie naar partners in een netwerk, reflecterend op het netwerk als geheel en op ieders bijdrage daaraan.
3. Visitatie als interventie: netwerkvisitatie werkt als interventie, op inhoud én relatie. In netwerkvisitatie buigen partijen zich samen over hun gezamenlijke vraagstukken én over hun samenwerking. Onderwerpen die aandacht vragen én ontwikkelpunten in de samenwerking leiden tot een inhoudelijke ‘netwerkagenda’ en ‘ontwikkelagenda’. Netwerkvisitatie als impuls voor samenwerken aan maatschappelijke waarde.
Wat bood meerwaarde bij het experiment?
1. Onderzoek van de corporatie in het lokale netwerk en daarbij verder kijken dan het formele netwerk, maar juist ook naar andere lokale maatschappelijke opgavegerichte netwerken
2. Meer oog hebben voor het operationele niveau, de uitvoeringspraktijk
3. Het gezamenlijk reflecteren op elkaars en andermans waarnemingen
4. De variatie aan modellen, methoden en werkwijzen. In het rapport staan de kenmerken van een aantal van die modellen.
5. De ervaren meerwaarde van netwerkvisitatie voor alle betrokkenen bestaat uit toegenomen inzicht, verbeterde relaties en bouwstenen voor een vervolg.
Wat kwam niet uit de verf bij ‘de kracht van het lokale woonnetwerk’?
1. het beoordelen van het functioneren van het formele tripartite woonnetwerk rondom prestatieafspraken heeft minder plaatsgevonden dan van overige netwerken. (was al opgenomen in methodiek 6.0
2. Beoordelen van het ontwerp van de samenwerking/het organisatienetwerk en het beoordelen van de maatschappelijke waarde ervan zijn niet of nauwelijks geschied. Het ging altijd om het functioneren van de corporatie in het netwerk.
3. In veel visitaties is de netwerkbenadering niet in de visitatie geïntegreerd, maar is de beschouwing van de corporatie in het netwerk separaat gebeurd. Dit heeft nog aandacht nodig.
4. Er is geen eenduidige voorkeursbenadering/werkwijze of model/methode naar voren gekomen.
Conclusies experiment ‘de kracht van het lokale woonnetwerk’
1. Netwerkvisitatie doet meer recht aan het (ervaren) belang én aan de werkelijkheid van het opereren in netwerken om maatschappelijke waarde te creëren. Het besef dat je niet in je eentje maatschappelijke vraagstukken kunt oplossen neemt sterk toe
2. beter inzicht in de netwerken waarin de corporatie met welke partijen opereert
3. Verschillende niveaus: het formele tripartite netwerk rondom prestatieafspraken op strategisch-bestuurlijk én (vooral ook) operationeel-professioneel niveau (leefwereld).
4. meer zicht op de bijdrage van de corporatie in/aan de onderzochte netwerken, op de waardering (van partners en visitatiecommissie) daarvoor en op mogelijkheden om die bijdrage in/aan netwerken te vergroten
5. meer zicht op het functioneren van het netwerk (en vaak ook op het functioneren van partijen daarbinnen), op de factoren die belangrijk zijn voor goed functioneren, zoals doelcongruentie, diversiteit, coördinatie, wederkerigheid en onbaatzuchtigheid (en die daarmee handvatten kunnen bieden voor verbetering van het netwerkfunctioneren
6. aanzet tot een inhoudelijke ‘netwerkagenda’ en een ‘verbeteragenda’ t.a.v. het functioneren van (de corporatie in) netwerken, doordat alle relevante partijen betrokken zijn, de samenwerking expliciet onderwerp van gesprek is en het accent op (zelf)reflectie en (netwerk)leren wordt gezet: netwerkvisitatie als interventie in het netwerk en impuls tot samenwerken
7. de grotere ervaren betekenis en plezier van ‘netwerkvisiteren’, met soms onverwachte bijvangsten en persoonlijke leeropbrengsten voor deelnemers.
Aanbevelingen voor de verdere ontwikkeling van de visitatie(-methodiek)
1. Basis en plusvariant: verplichte visitatie van formele netwerken voor legitimatie en leren. (gebeurt inmiddels) en facultatief betrekken van relevante netwerken die op maatschappelijke opgave zijn gericht.
2. Netwerkvisitatie als metavisitatie: denkt de corporatie überhaupt na over hoe ze opereert in netwerken? (bijvoorbeeld door de bestuurder te vragen om in de position paper aan te geven welke maatschappelijke resultaten de corporatie wil bereiken en (expliciet) met wie/in welke netwerken de corporatie daarvoor samenwerkt.)
3. Maatschappelijke waarde als vertrekpunt. Vandaaruit naar het netwerk kijken en de positie van de corporatie daarin. Dit betrekken bij de beoordeling van PnO.
4. Meer aandacht voor het functioneren van het lokale netwerk, de waarde ervan en ieders bijdrage eraan, waarbij het netwerk vaak groter is dan gemeente en huurders: ook zorgorganisaties, energiebedrijven en universiteiten kunnen er deel van uitmaken.
5. Toevoegen ‘Presteren volgens Netwerk’? Ze zijn meer dan belanghebbende, maar partner in de realisatie van maatschappelijke waarde.
6. De beoordeling van governance verrijken met de positionering en verankering van de corporatie in de verschillende lokale netwerken.